Het is weer eens tijd om een Blokpost-Nul nieuws op te stellen.
Gedurende afgelopen maanden is er weer veel gebeurd.
Afbouw materieel.
Veel tijd werd besteed aan het afbouwen van de 15 tons Cowan & Sheldon spoorwegkraan. Dit bouwpakket was zeker wel complex om te bouwen gezien alle onderdelen en bijzonderheden die in het model aangebracht zijn. Het bouwpakket was een mengeling van witmetaal en messing. In de Blokpost-Nul bibliotheek zijn twee boekwerken aanwezig met informatie over het bedrijf Cowan & Sheldon en de gebouwde spoorwegkranen door Cowan & Sheldon. Deze boekwerken hebben me zeer zeker geholpen om extra details aan te brengen. Leuk project te doen en je hebt en niet alledaags model in je collectie en op je spoorweg, Nu nog de begeleidigs wagon bouwen, is geen bouwpakket van dus dit wordt zelfbouw. |
| Cowan & Sheldon 15 tons spoorwegkraan. Foto CdJ |
 |
| Cowan & Sheldon spoorwegkraan mechaniek. Foto CdJ |
 |
| De wielen worden op de Optimum draaibank van een scale seven profiel voorzien . Foto CdJ. |
 |
| GWR 2-4-0 Stella Class frame in aanbouw. Foto CdJ |
 |
| GWR Stella Class stoomverdeling in aanbouw. Foto CdJ |
 |
| GWR 2-4-0 Stella Class loopwielas. Foto. CdJ |
Al de inmiddels beschikbare locomotieven gebouwd volgens de scale seven norm hebben uitgebreid proefgereden tijdens de RAMMA Show in Sedan op de “Tripton at Sea” spoorweg van Ton Trip. De tijdens de Herwen show geconstateerde onvolkomenheden in de baan zijn allemaal opgelost. Het rijden met het scale seven materieel was dan ook zeker weer een genot. Een aantal minimale verbeteringen worden nog uitgevoerd. We kunnen nu wel zeggen dat er in Nederland een mooie scale seven spoorweg aanwezig is. Het blijft toch jammer dat men deze norm niet oppakt hier in Nederland en zich vast blijft houden aan de gevestigde normen en niet durft te veranderen.
 |
| "Tripton at Sea" GWR 2028 met goederentrein. Foto CdJ |
 |
| "Tripton at Sea" GWR 2325 met personentrein. Foto CdJ |
Besloten werd om eens de aanwezige modellen en bouwpakketten tegen het licht te houden en te besluiten wat in de toekomst ermee te gaan doen.
Het resultaat is dat al het aanwezige Lenz materieel hoe mooi ook inmiddels is verkocht en een plaats heeft gevonden bij liefhebbers die ook daadwerkelijk met dit materieel aan de gang gaan of hun collectie wilden uitbreiden. Dat hoofdstuk is afgesloten. Het volgende hoofdstuk was het aanwezige Nederlandse materieel en ongebouwde bouwpakketten. Ook hier is het besluit genomen om alles weg te doen. Inmiddels is dan ook actie ondernomen om de spullen te verkopen, de verwachting is dat dit in het begin van 2016 afgerond is.
Het leermoment wat je eigenlijk oppikt is dat je te snel enthousiast wordt voor een model of een bouwpakket en dit dan maar aanschaft. Later blijkt dat de tijd ontbreekt of dat je belangstelling verschuift en je niet meer het eerder aanwezige enthousiasme op kan brengen om tot een resultaat te komen welke je eerder voor ogen had. Is dit ontstaan dan moet je de emoties opzij zetten en rigoureus afscheid nemen van de eerdere aankopen hoe mooi of interessant deze ook waren. Ik moet zeggen dat geeft een opgeruimd gevoel in de werkplaats maar ook in je hoofd. Het geld wat dan weer vrijkomt kun je weer besteden aan zaken waar je nu wel enthousiast over bent. Dit geeft een goed gevoel en voldoening. Ik spreek regelmatig liefhebbers die van H0 naar 0 gegaan zijn maar dan toch hun hele voorraad H0 in de kast laten en er eigenlijk niet meer naar omkijken. Dit is ook emotie, en een gevoel van als je verkoopt je altijd en zeker bij standaard H0 er financieel er bij inschiet. Zelf heb ik deze stap wel genomen en toen ik eenmaal met 0 aan de slag ging heb ik mijn hele H0 collectie plus alles wat daarbij hoorde verkocht. Doet even pijn maar jaren lang die ballast meeslepen is erger en het wordt er niet beter op. En als je uiteindelijk dan deze woelige wereld moet verlaten je kinderen of familie met een collectie modellen zit waar een slimme handelaar niets voor geeft en het dan toch ook weg is. Met deze ervaring in het achterhoofd was het besluit om een groot gedeelte van mijn 0 collectie weg te doen redelijk eenvoudig te nemen. De vrijgekomen financiën worden besteed aan o.a een fraaie 1:32 locomotief van het type BR56.2. Levertijd nog onbekend. Bovenstaande is een overdenking misschien zet het mede modelspoor collega’s aan het denken en stappen over deze emotionele drempel heen. Wie weet.
Wat blijven we nog wel doen.
Als eerste doorgaan met het bouwen van Engels 1:43,5 materieel volgens de Scale Seven standaard. Dit materieel is dan inzetbaar op de “Minehead 1900 -1910” spoorweg waaraan gebouwd wordt. Het Engelse finescale materieel wat past in de periode 1930 - 1948 wordt omgebouwd naar scale seven. We kunnen dan het station “Minehead” plaatsen in de 1930 - 1948 periode of naar wisseling van het materieel plaatsen in de periode 1900 -1910. Al het nu nog nieuw te bouwen materieel wordt in de kleurstelling en belettering zoals het was in de periode 1900 -1910 uitgevoerd. De verschillen waren aanmerkelijk vandaar de scheiding en het niet door elkaar gebruiken van het aanwezige materieel.
Ten tweede de 1:32 finescale spoorweg “Kupferzell”. Dit project gaat gestadig door en het doel is een super gedetailleerde 1:32 spoorweg te bouwen die een lust voor het oog is en waarop met finescale materieel gereden kan worden. Ook hier is de periode vastgelegd waardoor een duidelijk tijdsbeeld ontstaat. Zo voorkom je een wirwar van materieel wat wel leuk is maar absoluut niet past in de DRG periode. En wat belangrijk is het voorkomt impulsieve aankopen waar je later weer spijt van hebt. Dit geldt overigens in alle schalen.
Goed om te weten dat zowel "Minehead" als "Kupferzell" niet verplaatsbaar zijn en dan ook nooit op een tentoonstelling te zien zullen zijn.
Cor
